Wie kent ze niet de gebroeders Grimm en hun sprookjes. Hans en Grietje, Roodkapje, Vrouw Holle, Klein Duimpje, Doornroosje en Sneeuwwitje. Jacob en Wilhelm vertellen Antenne over hun succes.
De gebroeders Grimm hebben wereldwijde faam verworven met hun publicaties over sprookjes. Iedereen kent inmiddels hun verhalen en velen kunnen ze zelf uit hun hoofd navertellen. De broers Jacob en Wilhelm vertellen Antenne over hun succes. Hadden jullie verwacht dat jullie boeken heel de wereld over zouden gaan? Jacob: Nee maar we vonden het wel grappig dat na ons eerste boek ‘Kinder und Hausmarchen’uit 1812 ook anderen ons idee overnamen en ook sprookjes gingen verzamelen.
Maar jullie hadden er in dat boek al 86 verzameld, waren er zoveel sprookjes in omloop dan? Wilhelm: O, ja nog veel meer. Alles bij elkaar hebben wij er zo’n 200 verzameld.
Jacob: 239 om precies te zijn. En toen waren wij er wel klaar mee. Maar er waren er nog veel meer.
Schreven jullie alles samen? Jacob: Nee want soms worden we het gewoon niet eens. Jullie zien het verschil niet maar we hebben allebei toch wel ons eigen favorieten. Wilhelm vindt bijvoorbeeld een vrouwelijke held leuker.
Jullie studeerden allebei literatuurwetenschap. Komt het uit jullie studie voort dat jullie als een van de eersten onderzoek deden naar volkscultuur? Wilhelm: Ja sprookjes zijn een bron van kennis van de nationale cultuur.
Jacob: Ach ja, we zeggen altijd dat we op zoek zijn naar inzicht in het karakter van volkeren. Maar we doen het vooral omdat het dagelijks leven als bibliothecaris ook maar saai is.
Dus trokken jullie het land in? Wilhelm: Wij zijn overal naar verhalen gaan luisteren, hebben die opgeschreven.
Eigenlijk hebben jullie de verhalen dus gewoon gejat, plagiaat gepleegd? Jacob: Ik zeg liever dat de mensen van het platteland onze inspiratiebron zijn.
En hoezo het platteland? Jacob: Vooral op het platteland heeft het sprookje als historische bron zijn puurheid behouden omdat daar het minste invloeden van buitenaf zijn.
Nu heb je het over puurheid maar jullie hebben veel sprookjes toch juist herschreven? Jacob: Nou ja, een beetje bijgeschaafd zullen we maar zeggen. Soms zaten er wat losse eindjes aan het verhaal en wij hebben het enkel en alleen zo opgeschreven als dat het bedoeld was.
Wilhelm: Kijk, die mensen van het platteland zijn natuurlijk nogal boers. En niet geschoold dus moesten we de taal wel een beetje aanpassen om het toonbaar te maken. En daar kan de hele wereld nu van genieten.