Zonnig zondagmiddag, zoevend op de A16 op weg naar waar we naar uitkeken.
We reden Rotterdam uit, richting Eindhoven. Kletsten wat. Of we morgen naar het strand zouden gaan. Over de Zomergast van de VPRO. En dat Studio Sport de Premier League nu aan het promoten was. Dat Talpa geen vijf- maar een drieletterwoord was, net als Versatel. Over het café op de Meent dat vanmiddag Ajax-Feyenoord op een groot scherm vertoonde.
Hoe zou het team van Erwin Koeman, de trainer over wie ik me zo sceptisch had uitgelaten, het er vanmiddag afbrengen in de Arena? Babos was weg, dat was prima! Die had toch veel verkloot in de vorige competitie. Ik had al veel eerder voor Lodewijks gekozen, maar daar had Gullit anders over gedacht. Amsterdams gedachtengoed.
Waar het nieuwe Feyenoord nou voor stond? Ik kon er alleen maar naar gissen. Wat was er eigenlijk nieuw? Geld voor spectaculaire aankopen was er niet geweest. Het magisch duo Kuyt en Kalou was gelukkig in stand gebleven. Verder had Erwin besloten met een aantal bij Gullit uit de gratie geraakte spelers te gaan experimenteren, in de hoop dat deze jongens zich fanatiek zouden gaan bewijzen.
Zou Rijnmond de wedstrijd eigenlijk verslaan? Of waren de radioverslagen ook allemaal gekocht door het DeMolConsortium? We zochten 93.4 op de autoradio. Ineens zaten we middenin de wedstrijd: “......, met nog steeds een stand van 0-2 in de Arena.” Hoorden we dat goed?! Stonden we voor?! In de Arena!!!!!
Het was waar, Feyenoord flikte het. Er waren nog maar 20 minuten te gaan. Jan Dirk Stouten en Robert Anker deden het verslag. Wat een heerlijke partijdigheid, alleen Radio Rijnmond kon de wedstrijden van Feyenoord op deze manier verslaan. Ze noemden het “billenknijpende laatste minuten”, je kon horen dat ze het niet meer hadden van de zenuwen. Vooral toen Charisteas in de 79e minuut 1-2 op het scorebord bracht. Feyenoord moest stand houden, en dat terwijl Snoyl er met een rode kaart was uitgestuurd.
Mijn aandacht was meer bij de wedstrijd dan bij de weg. Lief klopte me op m’n knie: ik mocht wel iets zachter rijden van hem. Hij had gelijk. Bij een Feyenoord-aanval trapte ik het gaspedaal dieper in. Bij een gevaarlijke vrije trap van Ajax trapte ik uit voorzorg op de rem, alsof ik met mijn voet de bal uit het doel houden.
Langzaam tikten de minuten weg. Lodewijks werd geroemd om zijn ervarenheid, zijn kunde om in de hectische laatste fase zijn verdediging in de hand te houden. Door rustige uittrappen te nemen, met beleid tijd te rekken zonder de scheidsrechter te irriteren. Kuyt perste het uiterste uit zijn lijf, had volgens de verslaggevers zelfs kramp in zijn oorlel. Hoeveel extra tijd zou er worden bijgetrokken?
Drie minuten! Het was te doen. Ajax gaf niet op. Ze hadden niet voor niets de bijnaam ‘lucky Ajax’. Het gevaar van een tegendoelpuntje in de laatste minuut was hemelsgroot aanwezig. Verslaggever Robert Anker, die voor Rijnmond zijn laatste voetbalverslag deed had zich geen mooiere afscheidswedstrijd kunnen wensen. In de laatste wedstrijdminuten was de microfoon voor hem. Ik hoorde de Rijnmondjongens kreunen. Legendarische woorden schoten uit de autoradio: “Fluit af, man! Fluit af!” En Van Egmond floot af. Ajax-Feyenoord: 1-2. Drie mensen op de A16, op weg naar Eindhoven. Alledrie met kippenvel op hun armen. Even helemaal stuurloos, omdat ik allebei mijn armen in de lucht stak en een vuistje balde. Yes!!!
De Feyenoord-fans zongen hun liederen luid. Rijnmond roemde de schitterende accoustiek in de Arena. Emile Schelvis gaf een analyse. 1e doelpunt in de 16e minuut, Kalou. 2e doelpunt in de 47e, Kuyt. Het tegendoelpunt: zie hierboven.
De doelpunten zelf zouden we niet zien. Talpa zochten we niet op. De sfeer van de wedstrijd konden ze toch niet vangen in hun met reclame doorspekte verslagjes. Wij genoten van een heerlijk etentje en geweldige wijn uit de kelder van zus en zwager. In het donker reden we terug naar Rotterdam. Dochter begon er het eerst over. Over de voetbalmagie van die middag. Over hoe heerlijk het was geweest om een verslag vol ongenuanceerde partijdigheid te hebben gehoord. Lief voorspelde voor Feyenoord het landskampioenschap. En ik bekende in stilte dat die Erwin misschien toch nog niet zo’n slechte keuze was geweest.