Het idee van de kunstroute is meer dan aardig en wekt op voorhand heel wat verwachtingen op.
Commercie overheerst kunstroute
Het idee van de kunstroute is meer dan aardig en wekt op voorhand heel wat verwachtingen op. Daarom is het des te teleurstellender dat de uitwerking minder dan ondermaats is. Cultuurfanaten worden onder valse voorwendselen naar de Zwartjanstraat in Rotterdam getrokken voor een cultureel festijn, maar treffen daar leep plan aan om de winkeliers in die winkelstraat te voorzien van nieuwe klanten.
Kunstenaars die zich laten inspireren door datgene wat zij zien in de Zwartjanstraat of de winkels die zich daar bevinden en een daaraan gerelateerd kunstwerk fabriceren. Als gezegd klinkt dat op papier bijzonder aantrekkelijk voor zowel kunstminnend Nederland als het ‘gewone volk’. De bittere nasmaak die velen aan deze culturele wandeling overhouden is dan ook heel goed te begrijpen.
Het is per slot van rekening wel heel toevallig dat deze route uitgerekend in de Zwartjanstraat is uitgezet. Een straat die van oudsher de reputatie van drukke en enigszins statige winkelstraat heeft, maar de laatste jaren flink aan het verpauperen is. Het is ook wel erg toevallig dat veel van de kunstwerken zich in de winkel bevinden naast dat ‘handige broodrooster die we ook wel meteen kunnen meenemen’.
Wat er nog ontbreekt aan deze schijnvertoning is dat het laatste nummer van de route zich in een café of restaurant bevindt, zodat de deelnemers nog even op hun gemak over die dag kunnen napraten. Uiteraard onder het genot van een hapje en een drankje die in het etablissement wordt genuttigd. Dit alles onder de vlag van het thema ‘business as usual’ dat dit door commercie verpeste initiatief moet rechtvaardigen.
Toch heb ik wel begrip voor het feit dat cultuurminnend Nederland de rest van de samenleving probeert te enthousiasmeren voor kunst en cultuur. Alleen zij die de afgelopen jaren met oogkleppen en een blok beton voor hun hoofd hebben gelopen, hebben niet door dat het aantal museumbezoekers nog steeds gestaag afneemt. Of dit echter de juiste manier is om mensen weer warm te laten lopen voor cultuur betwijfel ik echter.
Dat een dergelijk initiatief echter wel goed kan worden uitgevoerd, bewijst de gemeente Den Haag op dit moment met de jaarlijkse beeldententoonstelling op het Lange Voorhout. Daar kunnen geïnteresseerden ook naar hartelust hun cultureel ingestelde zintuigen prikkelen zonder dat de commercie van het evenement afdruipt als een slechte saus van een biefstuk. ‘Rotterdam heeft koorts’ en het gaat ook wel een tijdje duren voordat zij daarvan is genezen.
Jeroen Reijke