j | f | m | a | m | j | j | a | s | o | n | d |
1 | 6 | 10 | 14 | 19 | 23 | 27 | 32 | 36 | 40 | 45 | 49 |
2 | 7 | 11 | 15 | 20 | 24 | 28 | 33 | 37 | 41 | 46 | 50 |
3 | 8 | 12 | 16 | 21 | 25 | 29 | 34 | 38 | 42 | 47 | 51 |
4 | 9 | 13 | 17 | 22 | 26 | 30 | 35 | 39 | 43 | 48 | 52 |
5 | 18 | 31 | 44 |
Al jaren had ik niet op de fiets gezeten. Sinds ik in Rotterdam woon, doe ik alles met de auto. Of ik ga, maar alleen als het echt te belachelijk is om naar het einde van de straat te rijden met je bolide voor een halfje wit, lopend. Nou was mijn rijwiel netjes meeverhuist, maar daarna gewoon in de kelder geflikkerd en had daar mooi dienst gedaan om natte dweilen over heen te gooien of om losse knijpers aan te bevestigen. Maar met die eerste zonnestralen had ik ineens het idee opgevat; ik ga weer eens fietsen!
Eerst maar een pomp en een slot aanschaffen. In een klein fietsenwinkeltje werd mij het beste slot van tegenwoordig overhandigd door een klein mollig mannetje in een duidelijk overjarige overall. ’De rest knippuh ze zo door’; wijzend met zijn zwarte vingers naar de goedkopere varianten. Ik liet me nog even de beste bevestiging methode aanleren, en ging met de hele handel richting fiets. Hoogst verbaast merkte ik daar dat de lucht die ik met mijn nieuwe aanwinst in de banden bracht, ook bleef echt zitten! Ik kon dus meteen op stap! Nog even een lapje over het zadel om de ergste stof te verwijderen en snel naar buiten. Voorzichtig gaf ik mezelf een zetje…en…zowaar…ik fietste! Ik kon het nog! Spontaan zag ik meteen weer het beeld voor me van ongeveer 20 jaar geleden; mijn trotse vader aan het eind van het grasveld met zijn armen wijdt. (Op mijn Loeki fietsje kon ik de trappers wel vinden maar de rem ontdekte ik pas wéken daarna. Had de man goed ingecalculeerd trouwens, anders had ik voor eeuwig rondjes moeten blijven rijden ).
Maar al gauw merkte ik het wezenlijke verschil met de tegenwoordige tijd. Ik was maar net de hoek om, of ik begaf me tussen de ergste obstakels; het meteen kunnen mengen tussen het overige verkeer van auto’s, opgeschoten jongeren en brommobieltjes. Naast dat mijn fiets kreunde en piepte van deze plotselinge aandacht kon ikzelf ook kon geen kreun en piep onderdrukken; mijn coördinatievermogen moest ineens omgezet worden van automobilist in fietser! En dat is best een verandering! Als autorijder moet je gewoon de weg volgen. En staat er iets in de weg, een bus ofzo, dan stop je en vervolg je daarna je reis weer. Maar als fietser heb je ineens de optie om daar langs te flaneren! En hou je je wèl aan het fietspad dan moet je die razendsnel kunnen vinden, want die gaan over van rood naar zwart asfalt en zo hup, dwars over de weg naar het midden enzenz. Ik raakte lichtelijk gestresst!
Na 10 minuten ben ik dan ook achter een al ervaren fietser (een oud vrouwtje die net terug kwam van de dagelijkse boodschappen, te zien aan haar volle AH-tas voorop) gaan rijden en kwam ik zo weer ongehavend thuis. Fiets in weer in de kelder en ik op de bank. Sportief doe ik nog wel een keer. Op rolschaatsen ofzo (of heten dat tegenwoordig geen skeelers?)
Tanya | 06 juli 2005www.tanya.nlLeuk! |