Over integratie en waarom er ineens meer mensen op het podium dan in de zaal waren…
Samen met de tentoonstelling ‘Rotterdammers’ brengt het wereldmuseum een serie concerten. De tentoonstelling laat zien hoe Rotterdam veranderde onder de invloed van de 20ste eeuwse migratiestromen. De concerten in ‘Theater de Evenaar’ laten het je niet alleen zien en horen, maar ook meemaken…
‘MEDICIN FOR THE SOUL..’
Omar Ka is met zijn ‘FULA BAND’ allang geen onbekende meer in Rotterdam. Vele locale bands, podia en festivals hebben hem al eens als (gast)muzikant gehad.
Ook waren er samenwerkingsverbanden met bijv. Trijntje Oosterhuis.
Twee c.d.’s zijn er inmiddels verschenen, waarbij Omar in zijn teksten meer en meer in sociaal en politiek opzicht positie kiest .
Afkomstig van de ‘Fulani’, een West-Afrikaans nomadenvolk in Senegal vestigde hij zich halverwege de jaren ’90 in de stad aan de Maas.
Gedwongen door de traditie van zijn volk werd Omar rond zijn 16e het oerwoud ingestuurd om zich te voegen bij de -nog altijd rondtrekkende- nomadentak van zijn familie. Dit was geen makkelijke opgave voor een tiener die in Dakar gewend was aan een stadsleven met t.v., voetbal en muziek…
Zelf zegt hij hierover: “….it was hard and I did not like it, but that is where I really learned to sing and play music. After all, that was the only thing left to do at night around the fire…”
“Music is medicin for the soul” vertelt hij ‘t publiek later tijdens de sessie. En nodigt ze daarmee uit om allemaal het woord ‘kodenyaari’(sterren van de hemel) mee te zingen. We zingen met z’n allen dus letterlijk de sterren van de hemel!
GELD OP HET PODIUM
De band, ditmaal bestaand uit 5 man, zal twee keer drie kwartier spelen.
Basgitaar, gitaar, sabar en kora zijn de enige instrumenten.
Sabar is het Afrikaanse woord voor percussie en de kora is een typisch traditioneel instrument dat eruitziet als een soort grote luit. Het geluid doet een beetje aan een harp denken. Elk jaar zijn er in december in Zuid-Afrika de ‘Kora-awards’ vertelt een bandlid later. Net zoiets als de MTV-awards, alleen dan voor Afrikaanse muziek!
De mannen zijn allen gekleed in Afrikaanse kledij. Mooie kleurige pakken met bijpassende broeken,‘beoubeou’ genaamd.
De sessie begint rustig en ik verwonder me weer eens over het feit dat muziek, ook zonder de tekst te begrijpen, een gevoel kan overbrengen. Ik maak mijn eigen verhaal van de nummers en kijk welke beelden ze bij me oproepen…
Zo wordt het meteen een heel persoonlijke ervaring.
De aanwezige Afrikanen echter, snappen precies waar het over gaat. Ze zingen, klappen en joelen af en toe mee.
Vanaf het balkon komt een man naar beneden lopen, zo het podium op. Hij stopt iets in de kora. Verbaasd kijk ik hem na, totdat ik me realiseer dat hij uit waardering geld kwam brengen. Heel normaal in deze culturen. Maar wel erg grappig. Stel je voor dat er bijv. bij een concert van Kane allemaal geld op het podium gegooid zou worden… Ze zouden raar kijken.
Meer Afrikanen volgen het voorbeeld. Geen blanken valt me op. Die denken vast iets in de trant van ‘ja, dag… ik heb toch al betaald voor het kaartje…’?
Alhoewel ze in de lach schieten als Omar opmerkt “…anyone who wants to follow this example..? Feel free!”
INTEGRATIE…
In de pauze praat ik met Africa-DJ ‘Eric E’.
“Jammer dat we allemaal op een stoeltje zitten”, merk ik op. “Normaal is het altijd een echt dansfeestje als Omar optreedt.”
Hij schiet in de lach. “Tja dat is ook integratie; Omar in een theater!”
Het tweede deel van de sessie is het publiek wat losser.
De nummers zijn ‘steviger’ en maken dat je niet stil kan blijven zitten.
Regelmatig springt er een Afrikaan op het podium om een stukje te dansen en we zingen (in canon!) teksten mee.
Gastzanger ‘Galga ngui Rebi’ brengt een soort volkslied, lijkt het. De Afrikanen brullen uit volle borst mee. Het enige dat ik versta zijn de woorden ‘Senegal, Amsterdam, Rotterdam’. Er wordt flink om gelachen.
(Nu zou ik toch wél willen weten wat hij zingt!)
Later leggen ze me uit dat hij zong ‘geen man is zo als wij, niet in Rotterdam, niet in Amsterdam, alleen de mannen uit Senegal’ “En nog een aantal mooie dingen over vrouwen..” vertrouwt de basgitarist me toe, met een knipoog.
Bij de laatste nummers sleept Omar het hele publiek het podium op. Eerst nog een beetje onwennig (kan dit wel?) maar al gauw staan Afrikanen en blanken samen te dansen om de band heen. De zaal is leeg, het podium vol…
Toch nog een feestje!
Zo hoort het gewoon bij deze muziek.
Integratie is prima hoor; maar dan wel beide kanten op!
©nicole2005