j | f | m | a | m | j | j | a | s | o | n | d |
1 | 6 | 10 | 14 | 19 | 23 | 27 | 32 | 36 | 40 | 45 | 49 |
2 | 7 | 11 | 15 | 20 | 24 | 28 | 33 | 37 | 41 | 46 | 50 |
3 | 8 | 12 | 16 | 21 | 25 | 29 | 34 | 38 | 42 | 47 | 51 |
4 | 9 | 13 | 17 | 22 | 26 | 30 | 35 | 39 | 43 | 48 | 52 |
5 | 18 | 31 | 44 |
"Aruhbeie aruhbeie, heluh mooje aruhbeie. Twee dozen voor een euro".
Ik twijfel, is het rot-in-bakjes of lekker-en-zoet?
Ongevraagd advies. "Dit zijn beste, ik koop ze altijd bij hem." Naast me staat een ongewassen, ongeschoren ouwe baas. De groenteman probeert mijn aandacht af te leiden door mij een aardbei aan te bieden. "Proef maar, wijffie, het zijn Spaanse, hartstikke zoet." Ik koop zonder te proeven.
Mijn adviseur heeft nog een tip. Hij wijst op een grote plastic tas vol pluche. "Dit is een koopie, prachtige beren voor 50 cent, ik heb een tas vol! Nee, dat mocht ik niet laten gaan." Stralend kijkt hij mij aan.
Ik feliciteer hem met zijn buit. Een man blijft toch altijd een jager.
Twee stalletjes verderop. "Aarbeije, aarbeije, verse aarbeije, helemaal uit Holland". De Marokkaanse groenteboer krijgt de lachers op zijn hand.
Buggies en rollators doen samen met boodschappenkarretjes een hindernissenrace. Wie duwt er tegen de meeste benen, wie is er het eerst aan de finish?
Ik werk vandaag een lijstje af, morgen komen Erik en Esther eten.
Hee, dat treft! De kaasboer staat vandaag naast de olijvenman. Eerst kaasjes: Mont d’Or, knoflookkaas en ouwe brokkel. Ik kies voor een verenigd-Europa op het kaasplankje.
En dan olijven. "Proeven mevrouw?" "Alles lekker." Ik koop te veel. "Blijft lang goed hoor!" Olijven met feta, kapperappels, vette zwarte olijven...
Het prikkelt mijn fantasie. Morgen zet ik een integratieschaal op tafel, de ouwe brokkel kleurt mooi bij het glimmend zwart van de olijven.
Ik rits weer in in de mensenmassa. Bij de patatkraam voor de bieb staan drie zwartgesluierde vrouwen te genieten van hun patat met. Nog even snel naar de bloemenstraat. Vijf bossen voor 2.50, niet zelf kiezen, thuis zien wat je hebt gekocht. Altijd goed voor een aparte combi.
Met z’n allen schuifelen we door de lentezon. Vaders en moeders met kleine kinderen, ouwe mensen, verliefde stelletjes, wit, beige, geel, bruin, zwart. Koopwaar wordt luidkeels aangeprezen. "Aruhbeie" en "aarbeije" en zelfs "aerdbeien".
Gauw nog even een krantje kopen en dan naar huis.
Binnenrotte, twee keer struikelen en weer thuis. Nee hoor, niet gerold en helemaal happy.