Per toeval ben ik vorige week terecht gekomen op een besloten feest in Boijmans van Beuningen. Was ik nog nooit verder gekomen dan de gangbare collectiezalen, kwam ik nu terecht in de receptieruimte en de presentatiezaal. Ik keek om me heen en zag voornamelijk oudere mensen. Met alle respect, maar dan zie je toch waar het geld zit.
Ik was met mijn collega van video 2000, Rick. Hij was er voor het camerawerk. Zijn interesse en kennis in de wereld van de kunst was een uitstekende bijkomstigheid. Hij verklaarde het persbericht, dat ik eerder op de dag had ontvangen, even nader. Want ik was steeds het spoor bijster. Nu ben ik geen echte cultuurbarbaar, want ik heb altijd braaf mijn huiswerk gedaan toen ik Kunstgeschiedenis als examenvak kreeg op de havo, maar ik moet toegeven dat ik nooit van de kunstenaar Hans Bol heb gehoord, tot het nieuws uit het persbericht, waarin werd verwezen naar Bols relatie met de Koenigscollectie, waar ik wel over heb gehoord, maar niet over in details zou kunnen treden. Zover reikte mijn kennis over deze kunstenaar, die leefde van 1534 - 1593.
Na het arriveren van de Burgemeester van Rotterdam, heeft de conservator Albert Elen een duidelijke presentatie gegeven en heeft hij met zijn enthousiasme geprobeerd het aanwezige publiek te triggeren een bijdrage te leveren voor de aankoop van de ‘12 maanden’ van Hans Bol. De 12 maanden is een collectie, die bestaat uit, je raadt het al, 12 tekeningen. Het zijn miniatuurtekeningen in ronde vorm, die de maanden weergeven (zou hij dan toch hebben geweten dat de aarde rond was, of wilde hij het herkenbaar maken voor zijn tijdgenoten dat het tekeningen van Bol waren?). De tekeningen waren enorm uitvergroot via de projector, waardoor goed zichtbaar was welke maand het ongeveer zou kunnen zijn. Een herkenbaarheid was het teken van de dierenriem die was weergegeven bovenaan centraal, een detail in iedere tekening. Ik verbaasde me alleen toen ik op zoek ging naar de sterrenbeeld Maagd, en een soort mummie met een zwaard tegenkwam. Misschien heb ik niet goed gekeken, maar het kwam toch vreemd op mij over. De overige sterrenbeelden waren duidelijk herkenbaarder. Het zal de periode wel geweest zijn natuurlijk. En hoe belangrijk is zo’n detail nou.
Na de conservator volgde een speech van de directeur Sjarel Ex. De man weet het zo ontzettend goed te vertellen en ik moet eerlijk zeggen dat ik toch al gevoelig ben voor goede doelen, maar gelukkig of helaas heb ik het geld niet, anders had ik vast een impulsieve toezegging gedaan. Ik dacht echt: ‘had ik nou maar geld om een bijdrage te leveren’, want Boymans is een begrip in Rotterdam en we moeten zuinig zijn op de begrippen die we hebben. Want voor je het weet is er weer een ondergang van een begrip.
De Burgemeester volgde de directeur met voornamelijk de financiële gegevens. Ook gooide hij het er nog even op dat Hans Bol een bruggenbouwer is geweest voor zijn tijd. Het heeft het een en ander te maken met de val van Antwerpen en de kunstenaar vertrok van Mechelen naar Antwerpen, na de bezetting door de Spanjaarden. Ook gaf de burgemeester toe dat hij tot voor kort nog niet van Hans Bol had gehoord en dat vond ik een groots gebaar, want hij had ook kunnen doen alsof het een cultuurshock teweeg zou brengen als mensen nog niet van deze schilder hadden gehoord. Een burgemeester kan een grote invloed hebben op zijn stadsgenoten. Zelfs in deze tijd.
Wat in ieder geval bijzonder is aan deze man is dat hij uniek wilde blijven. Hij was met gouache begonnen en ontdekte dat anderen hem nadeden. Daar moest hij niets van hebben en ging op zoek naar iets anders, iets nieuws. Hij besloot het kleiner aan te pakken. Hij stapte over naar tekeningen, en niet zomaar tekeningen, maar miniatuurtjes. Ik moest gelijk aan mijn tekenleraar denken, want die was een aantal jaar geleden bezig met het maken van een miniatuurboekje met geschilderde illustraties. Het moet je maar liggen. Je moet er een hoop geduld voor hebben, want of het erg gewild is in deze tijd is maar de vraag. De meeste mensen willen iets wat toch opzichter qua formaat is, want mensen moeten het kunnen zien. Hoe vaak loopt u tenslotte met een loep op zak.
Hoe langer ik in deze sfeer verbleef hoe meer ik me af ging vragen of ik toch geen cultuurbaar ben. Ik weet tenslotte heel goed wat met bevalt en wat niet. Tekeningen raken mij niet. Schilderijen vind ik wel heel bijzonder en daar kan ik inspiratie uithalen. Ik kan helaas niet liegen, dus heb ik het maar eerlijk gezegd dat ik niet van tekeningen houd. Wel houd ik van houtskooltekeningen, want die vind ik dan weer spannend. Juist omdat je kunt gummen en vegen en kunt corrigeren. Bij tekeningen kan dat nauwelijks.
Maar Ik ben heel snel om. Als ze maar vaak genoeg inprenten hoe bijzonder het is om een tekening van zo’n klein formaat, namelijk 140 mm, ontzettend gedetailleerd uit te werken tot een beeldend verhaal, waarin ontzettend veel gebeurt, gebeurt er iets met mij. Dat heeft niets te maken met dat ik met alle winden meewaai, maar meer met mijn bewondering voor mensen die ergens zoveel passie voor uitstralen en dat doen de medewerkers die aan deze opening hebben meegewerkt. Daarom hoop ik dat ze de het resterende bedrag binnen krijgen en dat de tekeningen die op 2.100.000 euro worden geschat, voor het einde van de tentoonstelling (13 februari) tot de Boijmanscollectie behoort.