j | f | m | a | m | j | j | a | s | o | n | d |
1 | 6 | 10 | 14 | 19 | 23 | 27 | 32 | 36 | 40 | 45 | 49 |
2 | 7 | 11 | 15 | 20 | 24 | 28 | 33 | 37 | 41 | 46 | 50 |
3 | 8 | 12 | 16 | 21 | 25 | 29 | 34 | 38 | 42 | 47 | 51 |
4 | 9 | 13 | 17 | 22 | 26 | 30 | 35 | 39 | 43 | 48 | 52 |
5 | 18 | 31 | 44 |
Banaal
Een intellectuele droogstoppel hier op de website verweet mij onlangs banaal te zijn. Ik zou dit graag willen ontkennen, maar ik heb daar het recht niet toe. Ik heb daar het recht niet toe, want de goede man had gelijk. De banaliteit is mij niet vreemd. Ik ben vaak de banaliteit zelfve. Vooral als ik dronken ben, komt dit tot uiting. Ik ben zo banaal omdat ik in mijn leven veel banaliteiten heb moeten aanschouwen. Ik ben slachtoffer van de banaliteit en maak nu zelf slachtoffers...hoe klassiek.
Laats kregen mijn broer (annex huisgenoot) en ik een vriend uit Nederland hier op bezoek, ome Hans uit Spijkenisse. Dat moest natuurlijk gevierd worden, zoals dat altijd flink gevierd wordt. Poolbiljarten in onze stamkroeg in een hoerensteeg in Bangkok, in de grootste hoerenwijk (Sukhumvit) die de wereld waarschijnlijk rijk is. Daar zijn ze wel wat gewend zou je denken. Nu inmiddels wel, ja.
We speelden potjes poolbiljart, waar ik inmiddels vrij goed in ben geworden, en na enkele biertjes was het tijd voor wijn. Ome Hans heeft nogal wat spaarcentjes en ik werd erop uitgestuurd om voor ons 9 flessen witte Australische wijn te halen in een nabije supermarkt, gespecialiseerd in buitenlandse kwaliteitsproducten. Die wijn zouden we opdrinken in onze stamkroeg, natuurlijk met betaling van de kosten voor het openen van een fles.
We stonden daar te biljarten in die hoerenknal en de wijn smaakte heerlijk, zoet en niet te droog. Hij werd geserveerd in een prachtige karaf met ijsblokjes. Ergens bij de laatste fles ging echter het licht uit. Ik kan me als laatste herinneren dat ik lekker aangeschoten stond te spelen en te drinken...en dat ik opeens wakker werd gemaakt door mijn kwade huisgenoot...
Ik lag nog volledig aangekleed op bed, inclusief schoeisel, en had ondanks de verzengde hitte de ventilator uit staan. Waarom ik godverdomme zo’n puinhoop van de huiskamer gemaakt had. Met mijn suffe en gekwelde kop nam ik een kijkje. Het was een ongekend slachtveld. De tafel lag op zijn kant. De asbak was doormidden gebroken. Overal lagen papieren en andere zooi. Een lang spoor van vernieling en chaos liep van mijn kamer tot aan de voordeur. Ik ging weer terug naar bed, halfdronken, sloeg mijn vuist krachtig tegen de houten wand en riep een duidelijk ‘Fuck you!’.
‘Ik hoorde je wel fuck you zeggen!’, reageerde mijn broer fel. Ik negeerde zijn opmerking. Ik houd er gewoon niet van om op mijn gedrag aangesproken te worden op zo’n denigrerend toontje. Later die dag belde Hans. Waarom ik me zo misdragen had. Ik wist echter van niets. Ook mijn broer had een volledige black-out.
Hans had me de tent uit moeten slepen, omdat een paar Thaien van plan waren me naar buiten te slaan. Ik was zo vadsig bezopen dat ik mensen tot last was. Mensen waren letterlijk voor mij de tent uitgevlucht. De vrouwelijke manager kwam keer op keer klagen (schenk ons dan ook niet zo veel wijn!) en tot drie keer toe greep ik haar ongegeneerd bij de borsten. Ik sloeg vrouwelijke serveersters met de biljartkeu tegen de kont (dit kan ik me volgens mij nog wel herinneren, haha!, zo dronken was ik toen nog niet). Enkele malen sprong ik onder de biljarttafels door(?) en rolde over de grond als een dol geworden hond. Ik ging naar het toilet en kwam terug met de grote, ronde spiegel in mijn handen. Ik keek verbijsterd naar mezelf. Ik vroeg aan een eveneens aanwezige kennis van Hans of hij dacht dat ik gek was.
Toen Hans me teneinde raad naar buiten trok, werd ik pissig. Ik wilde weer naar binnen, waar een paar vrienden van de manager hun vuisten aan het opwarmen waren. Ik hoorde de volgende dag deze feiten aan en was verbijsterd. Ik schaamde me dood. Hoe kon ik me zo afgrijselijk gedragen hebben? Er was maar 1 ding wat ik hieraan kon doen. Ouderwets mijn excuses aanbieden aan de manager die ons al jaren zo’n gastvrij onthaal gaf. Al was het een hoerenmadam die jonge vrouwen aanmoedigde met lelijke, ouwe Duitsers het bed te delen.
Drie dagen later zag mijn broer, vanuit een taxi honderd meter voor de kroeg, iemand met een bos bloemen in zijn handen staan, naar de grond kijken met een pijnlijke blik in de ogen, en paar keer heel diep ademhalen. Hij lachte zich kapot natuurlijk. Ik wandelde met alle verzamelde moed de tent binnen, alle ogen op me gericht, en begaf me naar de manager, die gelukkig aanwezig was. Ik bood mijn excuses aan, gaf de bloemen en keek heel zielig. En het was goed. Een van de dames uit de bediening, het lekkerste wijf daar zeg maar, op wie ik natuurlijk een oogje had, gaf me de mooiste en grootste lach die ze me ooit gegeven had. En ze raakte mijn arm aan. Het zijn van een bad boy met de manieren van Hugh Grant maar ballen als kokosnoten betaalde zich uit.
Ik zal dan ook mijn banale stukjes blijven schrijven, en niet ontkennen dat wat ik schrijf misschien wel de grootste pulp is die op Antennerotterdam verschijnt. Laat mij een banaalschrijver zijn. Verguisd door een intellectuele, prententieuze elite, maar hopelijk gewaardeerd door een paar alledaagse idioten die daar idioot genoeg voor zijn.
Dank u wel. En mijn verontschuldigingen voor iedere vroegere, huidige of toekomstige banaliteit. Ik kan niet anders.
Pieter | 26 maart 2007Blij toe! |
margot | 26 maart 2007margarita_eufemia@hotmail.comMij werd onlangs [n.a.v een column hier op antenne] ook zoiets dergelijks "verweten"! Ik zou zeggen Bombastus,...ga vooral door met je "banale teksten"..voorlopig blijf ik je lekker lezen! |
Bombastus | 27 maart 2007Dank u wel...ik lees trouwens met veel plezier stukjes van een hoogstaander niveau, begrijp me niet verkeerd... |
margot | 27 maart 2007margarita_eufemia@hotmail.comoh jee...moet ik me al weer aangesproken voelen? [grijns] |
Bombastus | 29 maart 2007Dat stuk van jou vond ik inderdaad ware poezie...lekker anders...en dat is altijd goed. |