Noem het een soort inburgeringscursus. Zulk soort cursussen zijn nou eenmaal hot stuff. Voor iedereen die wat meer van de haven wil weten is er het ABC van de Rotterdamse Haven (uitgave: Port of Rotterdam, augustus 2003).

'Pers en Voorlichting' van het Havenbedrijf vindt het prima als ik het ABC op Antenne zet, als ik maar even vermeld dat de tekst afkomstig is van de Afdeling Strategie & Communicatie van het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam.

Vandaag: de A staat voor Achterlandverbindingen - B voor Bulk en C voor Chemie.

Achterlandverbindingen :  De Rotterdamse haven is groot geworden dankzij de uitmuntende transportmogelijkheden over de Rijn en de Maas. Weg, spoor en pijpleidingen hebben inmiddels ook hun aandeel in de afwikkeling van de goederenstromen. De concurrentiepositie van Rotterdam in Europa wordt mede bepaald door de kwaliteit van de achterlandverbindingen. Om de Rotterdamse haven optimaal te laten functioneren als draaischijf van goederen, is hetnodig om te blijven investeren iin infrastructuur. Hoog op de prioriteitenlijst staan: een snelle ingebruikneming van de Betuweroute, een extra tunnel onder de Oude Maas, doortrekken van de A4 tussen Delft en Rotterdam en aanleg van de Oranjetunnel onder de Nieuwe Waterweg.

Bulk: Driekwart van de overgeslagen goederen (jaarlijks in totaal zo'n 320 miljoen ton) bestaat uit droog en nat massagoed zoals olie, ijzererts, granen, mineralen en chemicalieën. De toegevoegde waarde per ton is doorgaans klein, maar zonder de bulkgoederen is Europa niet in staat om verdere toegevoegde waarde te scheppen. De Rijn-Schelde delta is niet alleen de door de natuur aangewezen plek voor de behandeling van massagoed, maar ook de meest efficiënte. Rotterdam biedt de laagste kosten per vervoerde ton door de combinatie van zeer grote zeeschepen (diepgang) met binnenvaart en pijpleidingen. Een aantal basisindustrieën in het achterland, met name het Ruhrgebied, kan daardoor de concurrentie aan met locaties aan zee. Tot 2020 stijgt de overslag van droog massagoed nauwelijks en die van nat massagoed met ongeveer 25 procent. Het laatste door de toename van het chemicaliëntransport.

Chemie: Rotterdam is in de eerste plaats een chemiehaven. De petrochemie in Rotterdam is qua omvang en variatie alleen te vergelijken met die in Houston en Singapore. De chemie is hier zo succesvol door verreikende samenwerking tussen de verschillende producentenop een klein gebied. In het chemische cluster vormen de restproducten van het ene bedrijf vaak de grondstoffen voor het andere. Er zijn meer dan 60 olie- en chemiebedrijven in Rotterdam. Ze zijn vooral gespecialiseerd in het maken van grote hoeveelheden grondstoffen en halfproducten. Verwerking daarvan tot eindproducten gebeurt meestal elders. Zo vinden uiteenlopende producten als plastic gebruiksvoorwerpen, medicijnen en verf hun basis in de Rotterdamse chemie.

Volgende keer: Distributie, Educatie en Food&Fruit.