Mijn vrienden op Art Rotterdam
Alex Jacobs, Maria Ikonomopoulou, Jeroen Jongeleen,Noëlle Cuppens. Ze zijn er en ze zijn er goed. En ik ben er erg blij mee. Maartje Berendsen heeft een jaar geleden besloten een galerie te beginnen. Ik ken haar als kunstorganisator (o.a. bij projecten van Jeannne van Heeswijk) en als ega van Paul Cox. Ze is fel, bevlogen en geen prototype galeriehoudster, De vier dagen per week dat de galerie open is is ze er niet zelf, ze heeft wel iets beters te doen dan wachten op een klant, daar heeft ze mensen voor. Zelf timmert ze aan de weg in het kunstenveld. Maar nu op de beurs is ze er, genietend van de eerste (ze is voor het eerst op de beurs) aandacht. En ze doet het goed, alleen al door de duidelijke, uitgesproken presentatie: Noëlle Cuppens, Amitai Ben David, Elisabeth Lecourt en Hervé Paraponaris vullen de ruimte. Ik heb geen idee waarom nu deze vier bij elkaar, maar het is duidelijk en dat zegt alles over haar smaak en kennelijk bijzondere gevoeligheid. Maria heeft haar presentatie bij Mirta Demare. Ze heeft er een duidelijk eigen hoekje geclaimd en dat is goed, gezien de aard van het werk. Maar de totale presentatie van de galerie is volslagen onduidelijk. Ik zie geen samenhang of fascinatie, dus ik weet niet waartoe ik me moet verhouden. Mirta ken ik als een bevlogen curator, maar ik begrijp nog steeds niet wat ze de buiten-wereld wil vertellen en zeker niet op deze beurs. Alex presenteert twee beelden en een schilderij bij Gist. De opstelling van Gist is goed en trekt direct de aandacht. Verwarrend is het werk van Alex zelf. Zijn "Hardschuimensnoepbeelden" zijn een wereld opzich. Binnen en buiten blijven boeien. Ik geniet van zijn geologisch geconstrueerde chemie. Het schilderij mist die verwondering en volgens mij ben ik een van de weinigen die weet dat dat schilderij ook van hem is. Maar hij is een tovenaar, lichtvoetig, bijna nonchalant , en hij vertelt, zonder er te zijn dat die overweging er niet toe doet. Hij dwingt me het schilderij opzich te bekijken en te waarderen. En dat doe ik dus..... Noëlle heeft drie "naaiwerken" hangen bij Maartje Berendsen. Ik zie ze in een oogwenk en weet genoeg. Ja, dat doe je en dat kan!. Shit, het is te simpel, ik laat me niet zo eenvoudig verleiden. We kennen de voorbeelden van de textielgevoelige dames in de kunst, etc, etc, En ook weten we van de wrangheid: het is niet wat het lijkt. het lijkt wel warm, maar wit is koud en zwart hard, helicopters al helemaal, gezien de recente beelden van Irak en wat al niet meer..... MOOOOOI (Oh nee, dat is een Breda's designlabel: Wanders/Lensvelt, werkt ook veel met borduren en haken enzo....) Jeroen kom ik dagelijks tegen in de stad, soldatensilhoutten op brugrailingen of lantarenpalen. Ik geniet van deze terreur. En dan loop ik door ArtRotterdam en zie mijn genot verstijfd in twee gruwelijk "established works of art".Ze hangen en staan bij Upstream. Jammer van de kracht, jammer van jeroen. Maar ja hij moet ook ergens van leven. Vorig jaar stond hier de zwarte Batman van Marc (BIJL), nu een zwarte man met een zwarte vlag van Jeroen. Kwee nie ! O ja, en twee werken zijn me echt bij gebleven: van Freek Drent en leo de Goede, Prachtig ! Morgen ga ik een week skiën met mijn kinderen: witte, oogverblindende, eindeloze hellingen om mijn hoofd te verlegen. Groet Ivo